-
1 stilliggen
1 [rustig liggen] lie still/quiet2 [blijven liggen, uit de vaart zijn] rest, wait ⇒ lie to, 〈 aangemeerd〉 be moored, be at anchor, 〈 in haven〉 be in port, 〈voor reparatie e.d.〉 lie up3 [niet functioneren] lie/be idle♦voorbeelden: -
2 immobilisation
immobilisation [iemobbieliezaasjõ]〈v.〉1 (het) blokkeren ⇒ stillegging, stopzetting2 (het) stilliggen ⇒ (het) stilstaan, (het) vastliggen -
3 doldrums
n. streek rond de evenaar waar vaak windstilte heerst; slecht humeur; gebrek aan activiteit[ doldrəmz] 〈meervoud; werkwoord steeds meervoud〉♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский